Maandag 6 mei

Weer op tijd wakker geworden, lekker ontbeten (ik had gerookte schelvis met gepocheerd ei, overheerlijk!!). En dan op tijd naar Cruachan power plant ofwel the hollow mountain. Thijs waagt een poging tot rijden, maar we vinden het beiden dood eng en ik neem snel het stuur weer over. Het lijkt er op dat ik de chauffeur ben deze vakantie, is weer eens wat anders en ik vind het geweldig leuk om hier rond te crossen.









Om 10 uur kunnen we al met de tour mee met slechts 2 andere mensen, bijna een privé tour dus. We stappen in een busje en krijgen uitleg over de powerplant. Het is een water aangedreven generator en het bijzondere aan de Cruachan is dat het twee kanten op pompt. Boven op de berg is een stuwmeertje waar water opgeslagen wordt. Is er een piekbelasting dan gaat de plant aan het werk en binnen enkele seconden komt er al een enorme plens water door de pijpen in de berg naar beneden.

Tot zo ver niets bijzonders. Maar 's nachts pompt deze plant water uit loch Awe juist weer omhoog, zo zorgen ze er voor dat er altijd genoeg water in het reservoir op de berg zit om dagelijks een aantal pieken op te kunnen vangen (na de soap, in de pauze van een voetbalwedstrijd, enz). We rijden nu door een tunnel de berg in. De tunnel is 1km lang en duikt 40meter naar beneden. Daar stappen we uit en lopen we een trap op naar een soort kamer met zicht op een enorme hal onder ons. Hier staan de vier generatoren waarmee de elektriciteit wordt opgewekt. Van de zaal is alleen het bovenste deel te zien, het is er wel meer dan 40 meter diep maar er is een vloer gemaakt. Het is een tof gezicht en best spannend. Het lijkt op de schuilplaats van een James Bond Badguy a la Dr. Evil.

Helaas mocht de camera niet mee. Grappig was nog dat er allemaal kamerplanten langs de trap naar de observatory stonden. Een project van een school om te kijken of die planten het op kunstlicht uithouden. Niet alles stond er even florisant bij maar het lijkt best aardig te lukken.

Na we de berg uit komen drinken we nog wat koffie met carrotcake en dan rijden we verder. We willen via de Argyl coastal route richting Glen Coe rijden en onderweg het Sealife centre bezoeken. Met uiteraard de nodige fotostops onderweg.



Het Sealife centre is leuk. We kijken hoe de zeehondjes gevoerd worden, erg leuk. Deze zeehondjes zullen niet uitgezet worden omdat twee er van een schildklier aandoening hebben en de ander is er geboren. Andere zeehonden die er komen worden wel uitgezet. Naast de zeehonden zijn er ook otters, maar die liggen diep te maffen. Ze liggen tegen het raampje van hun nachthok en je kunt ze heerlijk zien dromen. Er zijn ook verschillende aquaria en terraria wat erg leuk is om te zien. Mooie bakken met leuke (en lekkere) vissen.











We lopen nog wat rond maar ik hou het niet zo lang vol dus stappen we weer in de auto en rijden we weer verder naar het noorden. Met wat mooie stops en het spotten van een wilde zeehond maken we er een leuke ronde van. Uiteindelijk komen we bij Glen Coe en bezoeken het bezoekerscentrum. We zijn hier eerder geweest maar niet binnen omdat we Sam toen mee hadden. Er is een leuke expo over de (bloedige) geschiedenis en de natuur van de Glen.



Dan gaan we verder de Glen in en komen we bij Kingshouse hotel. Ook daar lopen herten rond.. grappig. We ontmoeten hier al snel Wies en Hien.



De Australische dames van gister en de Nederlandse jongens zijn te vinden in de walkers bar. Die hebben hun tentjes vlak achter het hotel opgezet en zijn inmiddels aardig opgedroogd van een nat Rannoch Moor. Ik klets even met ze bij en ga dan weer naar de cocktailbar waar Thijs en de Aussies zitten. We eten samen en het is echt super gezellig met ze.





Nu liggen we op een prachtig bed in een ruime kamer met zicht op de Buachaille Etive Mór, tenminste als de regenwolken wat zullen verdwijnen..

Naar dag 9